general.skipToContentLink
Wol kleding

Wat is goede wol en welke wolsoorten zijn er?

Eigenschappen van wol

  • Warm
  • Zacht
  • Ademend
  • Houdt vocht goed vast
  • Reinigt zichzelf
  • Elastisch
  • Sterk


Welke voordelen heeft het dragen van wol?

Het grootste voordeel van wol is het vermogen om je warm te houden. Daarnaast ademt het en absorbeert het vocht zonder snel vochtig aan te voelen. Wol is zeer sterk. Ook na langdurig dragen blijft een kledingstuk mooi qua vorm en stof. Dit komt omdat het een natuurlijke elasticiteit heeft en na het dragen weer in zijn oorspronkelijke vorm terugkeert. Wol is brandwerend en water- en vuilafstotend.

Wat is wol eigenlijk?

Wol is anders dan gewoon haar. Wol heeft namelijk haren met zogenaamde schubben en is gekroesd. Hierdoor kun je het vilten en houdt het de lucht goed vast. Dit zorgt voor een grote isolerende werking. Je kunt het spinnen omdat de vezels makkelijk in elkaar haken en daarna vast blijven zitten.

Van wol naar kleding

Na het scheren van een schaap of ander dier, wordt de wol eerst grondig gewassen. Daarna begint het karen waarbij de vezels worden ontward. Dit gebeurt met een kam met stalen punten of machinaal met een snel ronddraaiende cilinder van stalen punten. Dan kun je gaan spinnen, waarbij de wol in elkaar wordt gedraaid. De vezels worden op die manier met elkaar verbonden en zo ontstaat een draad.

Het jeukpunt

Het grootste nadeel van wol is het onderhoud. Het krimpt snel als je het op een te hoge temperatuur wast. Het beste is om je kledingstuk op het wolwasprogramma of op de hand te wassen. Ook kan de stof kriebelen. Wolvezels variëren in dikte van 10 tot 40 micrometer. Hoe dunner de vezel, hoe minder hij kriebelt. De meeste mensen krijgen last van jeuk als de wol dikker is dan 28 micrometer. Dit wordt ook wel het jeukpunt genoemd. Er bestaan wolsoorten die helemaal niet kriebelen.

Breien, haken, weven en vilten

Wol kan worden gebreid, gehaakt en geweven. Je ziet het veel in kleding zoals sokken, truien, jassen en broeken. Maar ook in tapijten, dekens, dekbedden en isolatiematerialen. Naast het spinnen van wol, kun je het ook vilten. Dit is een techniek waarbij de wol met water en zeep nat wordt gemaakt en langs elkaar gewreven wordt. De vezels grijpen dan in elkaar waardoor een stevige stof ontstaat. Je kunt ook droogvilten met een naald met weerhaakjes. Je kunt hier hoeden en kleding mee maken. Maar vilt wordt ook gebruikt in viltstiften, stempelkussens en piano’s.

Merinowol

Welke soorten wol zijn er? Er bestaan verschillende schapenrassen die ieder een ander soort wol voortbrengen. Het merinoschaap is het meest voorkomende schapenras ter wereld. Dit schaap zorgt voor wol van een hoge kwaliteit. De stof is zacht, fijn en absorbeert vocht. De stof kriebelt niet, in tegenstelling tot andere soorten wol, door de hogere dichtheid. Het werkt isolerend zonder dat het lichaam te warm wordt. Om deze reden wordt het ook veel gebruikt in sport- en thermokleding.

Ander schapenwol

De meeste andere schapenrassen geven wat steviger en dikker wol dan het merinoschaap. Deze wol is iets minder zacht en kriebelt daardoor meer. Maar het is juist weer geschikter voor kleding die stevig moet zijn. Kamgaren heeft bijvoorbeeld een lange vezel die wat harder aanvoelt. Dit maakt de stof geschikt voor colberts en broeken.

Scheerwol

Scheerwol is wol die van levende schapen is geschoren. Vaak zie je ook de term ‘zuiver scheerwol’. Dat is een internationaal keurmerk voor wol die van gezonde levende schapen is geschoren. Het keurmerk heeft de vorm van een bolletje wol.

Alpacawol

Alpacawol komt van de alpaca, een dier dat op extreme hoogte leeft waar grote temperatuurverschillen heersen. Het dier is verwant aan de lama en leeft vooral in Peru en Bolivia. Om in de extreme omstandigheden te overleven, heeft het beest een speciale gladde en holle vezel ontwikkeld in zijn vacht. Dit zorgt ervoor dat de stof nog isolerender werkt dan schapenwol. Het houdt je warm in de kou en het ademt bij warmte. De vezel is ook nog eens heel zacht en licht. Dit maakt alpacawol tot een van de meest populaire wolsoorten. Nog een groot voordeel is dat het hypoallergeen is. 80 procent van mensen met een wolallergie kunnen wel alpacawol dragen. Als afkorting voor alpacawol wordt meestal WP gebruikt.

Kasjmier

Kasjmier, ook wel geschreven als cashmere of kasjmir, is wol van de kasjmirgeit. Deze geit komt oorspronkelijk uit Kasjmir, een gebied in Azië verspreid over India, Pakistan en China. De kasjmiervezel is isolerend, fijn, licht, zeer zacht en soepel. Het is echter een dure stof omdat de opbrengst per geit relatief laag is. Voor één trui zijn vier geiten nodig. Daarom wordt de stof vaak vermengd met andere wolsoorten. Als afkorting voor kasjmierwol wordt meestal WS gebruikt.

Mohair

Mohairwol is wol afkomstig van de angorageit of het angoraschaap die oorspronkelijk uit Turkije komen. Het woord angora is afgeleid van Ankara, de hoofdstad van Turkije. Deze dieren hebben een bijzonder zachte en glanzende vacht. Om die reden wordt mohair ook wel de ‘diamantvezel’ genoemd. De wol is net zo warm als normale schapenwol, maar veel lichter. Dit maakt het tot een zeer luxe stof. Mohair wordt soms verward met angorawol. Angorawol komt echter van het angorakonijn.

Angorawol

Angorawol komt van de vacht van het angorakonijn. Het is warmer dan schapenwol en is bijzonder fijn. Het is zelfs zachter dan kasjmier. In een aantal delen van de wereld wordt angorawol op een zeer dieronvriendelijke manier verkregen door de vacht op een harde manier van het konijn af te trekken. De meeste westerse kledingketens hebben om die reden een ban op dit soort wol. Er zijn ook mensen, meestal hobbyisten, die angorakonijnen houden op een diervriendelijke manier. Als afkorting voor angorawol wordt meestal WA gebruikt.

Jakwol

Jakwol komt uiteraard van de jak, een rund die op de Aziatische hooglanden leeft. De wol is heel warm, zacht, soepel en warmer dan merinowol. Het lijkt daarin op kasjmier. Het is net zo luxe. De wol kriebelt niet en is antistatisch. Als afkorting voor jakwol wordt meestal WY gebruikt.

Kamelenwol

Kamelenwol komt van de ondervacht van kamelen. Deze dieren leven van oorsprong in de droge streken van Noord-Afrika, het Midden-Oosten en Azië. De vacht van dit dier is dan ook aangepast aan het strenge klimaat van de woestijn waar de temperatuurverschillen tussen dag en nacht enorm verschillen. De vacht is enorm isolerend. Een kameel heeft een fijne ondervacht en een grovere buitenvacht. De fijne vacht is zeer zacht, dun en sterk, vergelijkbaar met kasjmier. De kleding die daarvan gemaakt wordt, is daarom warm, licht en sterk, met een glanzend uiterlijk. Hier worden onder andere jassen, sjaals en dekbedden van gemaakt. De grovere vacht wordt meestal niet geëxporteerd. Hier worden vaak tentdoeken en kleden van gemaakt. Als afkorting voor kamelenwol wordt meestal WK gebruikt.

Wassen en drogen van wol

Wol was je het liefst zo weinig mogelijk. Beter is om je kledingstuk af en toe uit te hangen. Of je kunt het stomen door het in de doucheruimte uit te hangen. Een handwas van maximaal 30 graden is het beste als je je kledingstuk wast. Sommige wollen kledingstukken kunnen in de wasmachine gewassen worden op het wol- of fijnwasprogramma op maximaal 30 graden. Kijk op je kledingetiket of dit kan. Wol mag nooit in de droger. Druk het water na het wassen voorzichtig uit je kledingstuk en leg het daarna horizontaal te drogen op een handdoek. Kreukels verdwijnen meestal vanzelf tijdens het dragen. Zo niet, dan kun je het kledingstuk stomen
HemdVoorHem kleding voor iedere man